Steeds waziger zien en door tegenlicht, bijvoorbeeld koplampen van een tegemoetkomende auto, verblind worden, kunnen wijzen op staar. Door de vergrijzing komt deze aandoening steeds vaker voor.
De tijd dat staar moest ‘rijpen’ ligt ver achter ons. Dan moest je wachten tot je eigenlijk niks meer zag en dan pas werd er ingegrepen. Tegenwoordig kan een poliklinische staaroperatie er binnen een kwartier voor zorgen dat de troebele lens wordt vervangen door een nieuwe. Gevolg: je kunt weer scherp zien.
Kunstlens
In vijftien minuten onder locale verdoving een nieuwe ooglens. Dat lijkt tegenwoordig niet bijzonder meer. Wie lijdt aan staar krijgt zo’n nieuwe lens, via een klein sneetje van 2 millimeter boven of aan de zijkant van het oog. Via dat sneetje kan de oogarts opereren.
Via het lenskapsel wordt de troebele lensinhoud los gespoeld, verpulverd en weggezogen. Dat alles maakt plaats voor een nieuw kunstlensje. Het wordt in gevouwen vorm ingebracht en als het eenmaal op z’n plaats zit, vouwt het zich uit en zet zich vast. Een klein wonder mag het toch wel heten. Dankzij de huidige techniek mogelijk.
Het is zelfs mogelijk om na een staaroperatie je bril aan de wilgen te hangen. Dat lukt niet altijd, maar weer scherp zien en slechts een bril nodig hebben bij het lezen, is een mooi resultaat. Nastaar komt soms voor, maanden of pas jaren later. Een laserbehandeling kan dan uitkomst bieden.
Blindheid
Ongeveer de helft van alle blindheid in de wereld is het gevolg van staar. Het gaat om 17,5 miljoen mensen. In Nederland komt dat eigenlijk niet meer voor omdat niemand hier mee door hoeft te lopen, waardoor blindheid kan worden voorkomen.
Jaarlijks gaat het maar liefst om 140.000 staaroperaties, waarvan 70 procent bij mensen ouder dan zeventig jaar. Klachten als dubbel of wazig zien en gevoelig worden door tegenlicht kunnen wijzen op staar. Het is niet te genezen, dus een operatie is de enige mogelijkheid om staar te verwijderen.
Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met Oog en Welzijn.
